Wouter Faveyts met een zendertje voor ooievaars.© jve/jve

Knokke-Heist

Het zenderproject in het Zwin dat onderzoek voert naar het trekgedrag van ooievaars blaast zes kaarsjes uit. En de wetenschappers kwamen tot een opvallende vaststelling: amper veertig procent van de dieren met een tracker overleefde de twee eerste levensjaren.

Junior Verbeeke

Het Zwin Natuurpark startte in 2019 in samenwerking met het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen (KBIN), een onderzoek naar het (trek)gedrag van ooievaars. Het Zwin herbergt de oudste kolonie van het land: de vogels groeien er op zonder menselijke tussenkomst. Elk jaar worden er ook nieuwe dieren geboren. Dankzij het onderzoek krijgen een aantal jonge geluksvogels dan een zendertje van 25 gram aangemeten. Die technologie brengt hun doen en laten in kaart.

Kritiek

Het zenderproject blaast nu zes kaarsjes uit: sinds 2019 kregen al dertig ooievaars zo’n bakje. Die volgt hen tijdens hun winterse trektocht naar warmere oorden, soms zelfs helemaal tot in West-Afrika. “Een opvallende bevinding is dat slechts een minderheid van de jonge ooievaars die een zender kregen, oud genoeg wordt om zelf te broeden”, zegt wetenschappelijk onderzoeker in het Zwin Wouter Faveyts. “Ooievaars beginnen pas op drie- of vierjarige leeftijd met de zoektocht naar een broedplaats. Maar slechts een minderheid bereikt die leeftijd.”

Vaak is elektrocutie de doodsoorzaak, al blijft die in veel gevallen onduidelijk. Ook voedseltekort, roofdieren of weersomstandigheden kunnen aan de oorzaak van de sterfte liggen. (lees verder onder de foto)

Wetenschapper Wouter Faveyts is al zes jaar betrokken bij het onderzoek.© jve

Van de acht zenders die in 2024 geplaatst werden, zijn er vijf nieuw en werden er drie hergebruikt van ooievaars die inmiddels overleden zijn. Zo’n trackertje kost maar liefst 1.280 euro en weegt amper 25 gram. Vaak worden die bekostigd dan ook door sponsors.

“Het zenderproject leert ons welke trektroutes ze nemen, waar ze overwinteren en welke uitdagingen ze tegenkomen”, vult Ina De Wasch, directeur van het Zwin aan. “De zenderresultaten leveren cruciale informatie op om het voortbestaan van de ooievaars te waarborgen.” Het is alvast de bedoeling om de komende jaren nog meer ooievaars van zo’n bakje te voorzien.

Lang genoeg

Om nog meer te leren over het leven van de ooievaars, moet het onderzoek nog jarenlang doorgetrokken worden. “De bevindingen tonen aan hoe belangrijk het is om dit wetenschappelijk project op lang termijn te bestuderen”, zegt Faveyts. “Ooievaars zijn langlevende dieren en voor dergelijke inzichten is het cruciaal dat een onderzoeksproject zoals dit lang genoeg doorgaat. We moeten een aanzienlijk aantal vogels kunnen volgen.”

Door NieuwsBlad

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Meld je aan voor de nieuws brief!


1 keer per dag de belangrijkste berichten,
1 keer per week de belangrijkste headlines,
en de nieuwste uitzendingen van hnmda,
zo in je postvakje... zeg nu ja....