Scenarist Brian Donovan kreeg het idee van zijn Canadese schoonbroer. Aan de kersttafel begon hij ronduit te vertellen over de waargebeurde diefstal en de georganiseerde misdaadgroepen in Canada’s op één na grootste stad Montreal (4,3 miljoen inwoners). Zijn Amerikaans gezelschap luisterde met open mond. Het resulteerde in een zes afleveringen tellende satirische reeks The sticky, waarin teelster Ruth Landry (Margo Martindale) centraal staat. Als zij haar bosgrond dreigt te verliezen, steelt ze uit wraak voor miljoenen dollars aan esdoornsiroop, ook ahornsiroop genoemd. Ze krijgt de hulp van een bewakingsagent en een prominent figuur uit de maffia. Alle personages in de reeks zijn fictief.
LEES OOK. RECENSIE. ‘The Sticky’ op Amazon Prime: een onverwacht Sinterklaascadeautje
Strategische voorraad
Terug naar de feiten. De productie van esdoornsiroop is aan strikte regelgeving verbonden. De landbouwfederatie van Québec, de overwegend Franstalige provincie die bekendstaat als de grootste esdoornsiroopproducent ter wereld, beheert de industrie OPEC-gewijs om de prijs in stand te houden. Dit gaat tot ongenoegen van de telers gepaard met productiequota. Een opslagplaats in het dorpje Saint-Louis-de-Blandford ten noordoosten van Montreal fungeert als strategische voorraad met duizenden vaten esdoornsiroop.
16,3 miljoen euro
Een groep criminelen onder leiding van Richard Vallière (geboren in 1978) zette haar zinnen op het gebouw, te meer omdat een controledienst slechts één keer per jaar ter plaatse kwam. Ze huurden onder een schuilnaam een vrijstaand deel van de loods. Het af en aan rijden van vrachtwagens wekte geen argwaan op. Op deze manier konden de criminelen van eind 2011 tot begin 2012 bijna drieduizend ton aan esdoornsiroop uit de loods wegsluizen. De geschatte buit? Toen 18,7 miljoen Canadese dollar, of aan de huidige waarde een dikke 24 miljoen of zo’n 16,3 miljoen euro. (lees verder onder de afbeelding)
Lokaal geteeld
Elk vat woog zo’n 280 kilogram. De modus operandi ging als volgt: vrachtwagens brachten de gestolen vaten naar een afgelegen ‘cabane à sucre’, een houten schuur naast een esdoornbos waar normaal gezien het bomensap verzameld wordt. De siroop uit het vat werd overgeheveld naar een leeg vat. Om geen argwaan te wekken, vulden de criminelen de gestolen vaten met water en brachten die terug naar de opslagplaats.
De diefstal bleef tot juli 2012 onopgemerkt. Vallière, al langer actief op de zwarte markt, verkocht de siroop aan een groothandelaar uit de Canadese provincie New Brunswick, honderden kilometers verder. Deze Étienne St-Pierre bracht het in kleinere hoeveelheden in omloop, als lokaal geteelde siroop. Een deel belandde in de Amerikaanse staat Vermont. De afnemers hadden geen idee dat ze gestolen goed in handen kregen.
Politieonderzoek leidde in december 2012 tot de arrestatie van Vallière, St-Pierre en nog een twintigtal anderen. Meesterbrein Vallière kreeg in 2017 acht jaar cel voor fraude, smokkel en diefstal. Aanvankelijk moest hij een boete van 9,4 miljoen Canadese dollar betalen, hetgeen na hoger beroep is teruggebracht naar 1 miljoen. Hij zit nog steeds vast. St-Pierre kwam er
Source: https://www.nieuwsblad.be/cnt/dmf20241209_94687958
.
