Nederland profileert zich vaak als een gezinsvriendelijk land, maar de realiteit is minder rooskleurig. Marjet Winsemius, directeur van de Stichting Voor Werkende Ouders, stelt het duidelijk: “Waarom zijn er alleen verschoningsplekken voor baby’s op dames-wc’s? Het is vaak zo uit de tijd allemaal.” Dit is slechts een van de vele voorbeelden van hoe het systeem ouders dwingt om keuzes te maken tussen werk en zorg, zonder reële ondersteuning om beide te combineren.
Het nieuwe kabinet moet deze signalen serieus nemen en met concrete maatregelen komen om gezinnen daadwerkelijk te ondersteunen. Dit betekent niet alleen betere voorzieningen, zoals meer genderneutrale verschoningsruimtes, maar ook flexibeler werkregelingen die ouders in staat stellen om zowel hun carrière als hun gezin te beheren zonder voortdurend te moeten schipperen.
Gezinnen voelen zich vaak aan hun lot overgelaten. Een veelgehoorde klacht uit het rapport is dat ouders zich in de steek gelaten voelen. “Je bent goed als je van 9 tot 5 op je werk zit. En je bent een goede moeder als je thuis voor de kinderen zorgt. Dat gaat niet allebei,” aldus Winsemius. Dit leidt tot situaties waarin kinderen, zoals een 13-jarige puber, al om 12 uur thuis zijn zonder adequate opvang: “Succes ermee, ouders.”
Het is nu aan het nieuwe kabinet om te bewijzen dat zij niet alleen oog hebben voor de grote beleidsdossiers, maar ook voor de dagelijkse realiteit van Nederlandse gezinnen. Het is tijd dat Nederland niet alleen voorzieningen heeft voor gezinnen, maar deze ook op een moderne en inclusieve manier aanbiedt. De bal ligt nu bij PVV, VVD, NSC en BBB om deze uitdaging aan te gaan en daadwerkelijke verandering te brengen. Gezinnen verdienen een land dat hen echt ondersteunt, een land waar de menselijke maat weer centraal staat.