Het verweer van Volt-leider Laurens Dassen, dat de partij transparant is over haar inkomsten en uitgaven, mist elke vorm van relevantie. De Wet financiering politieke partijen is duidelijk: “Een politieke partij ontvangt geen geldelijke bijdrage of bijdrage in natura van een niet-Nederlandse gever.” Hiermee wordt de ongepaste relatie tussen Volt en Soros een directe schending van Nederlandse wetgeving, en potentieel een strafrechtelijk vergrijp.
Het is daarom nu aan Kamervoorzitter Martin Bosma om deze kwestie met de urgentie die het verdient te behandelen. Als hoeder van de integriteit van onze Kamer, is het zijn plicht om deze flagrante poging tot buitenlandse beïnvloeding aan de kaak te stellen en te onderzoeken. Dit gaat niet om een simpele politieke donatie; dit is een zaak die de fundamenten van onze parlementaire democratie raakt.
Moet Kamervoorzitter Bosma niet de financiering en beïnvloeding van Volt door Soros aan de kaak stellen? Volt kreeg niet alleen geld van de Amerikaanse miljardair Soros, ze gingen ook op cursus van dat geld. Dat lijkt me een duidelijk geval van buitenlandse beïnvloeding. Het…
Joost Niemöller heeft absoluut gelijk: dit is niet slechts een taak voor Bosma, maar een noodzakelijke stap om de integriteit en onafhankelijkheid van ons parlement te waarborgen. De beïnvloeding van de Nederlandse politiek door buitenlandse machten, laat staan door figuren als Soros, moet met kracht en zonder aarzeling worden afgewezen. Het is hoog tijd dat we ons realiseren dat de transparantie van Volt niets meer is dan een rookgordijn, bedoeld om de ware aard van hun financiering te verhullen. Het Nederlandse volk verdient beter, en het is de hoogste tijd dat onze politieke leiders actie ondernemen om onze democratie te beschermen tegen dergelijke ongeoorloofde invloeden.
Er is mogelijk sprake van grove Russische ondermijning. In afwachting van het kabinet verkent Volt daarom de uitzonderlijke optie een parlementaire aanklacht te starten indien mogelijke ambtsdelicten hebben plaatsgevonden. Dat kan leiden tot vervolging bij de Hoge Raad. 🧵1/6