De christendemocratische en conservatieve Europese Volkspartij (EVP) kwam als grootste politieke familie uit de Europese verkiezingen. Haar topkandidate, de Duitse Ursula von der Leyen, ligt dan ook in poleposition om een tweede mandaat aan het hoofd van het dagelijks bestuur van de EU in de wacht te slepen.
“Vanavond is niet bedoeld om besluiten te nemen, maar je merkt natuurlijk wel in alle contacten, en je ziet het ook in de media, dat er in toenemende mate een consensus lijkt te ontstaan”, zo observeerde de ontslagnemende Nederlandse premier Mark Rutte. Volgens de liberaal heeft Von der Leyen het ook “gewoon ongelofelijk goed gedaan” tijdens de coronacrisis en de oorlog in Oekraïne.
De Duitse bondskanselier Olaf Scholz sprak bij zijn aankomst in Brussel nog geen steun uit voor Von der Leyen, wier partij CDU in eigen land in de oppositie zit. Scholz zei wel dat het “belangrijk is om snel beslissingen te nemen omdat we in moeilijke tijden leven en het belangrijk is om te weten wat de toekomst in petto heeft voor Europa”. Ook beklemtoonde hij dat de volgende Commissievoorzitter niet mag leunen op “rechts-populistische partijen” om voldoende steun te vinden in het Europees Parlement.
Het is weliswaar aan de leiders van de lidstaten om met gekwalificeerde meerderheid een kandidaat naar voren te schuiven, maar die kandidatuur moet nadien ook bekrachtigd worden door een absolute meerderheid van de Europarlementsleden. De EVP, socialisten en liberalen hebben samen 406 van de 720 zetels, maar omdat de fractiediscipline in het Europees Parlement minder sterk is dan in een nationaal parlement rijst de vraag of er ook steun moet worden gezocht bij de conservatieve ECR van onder meer de Italiaanse premier Georgia Meloni.
Andere topjobs
De regeringsleiders beraden zich niet enkel over een tweede mandaat voor Von der Leyen, maar ook over de opvolging van de liberaal Charles Michel als voorzitter van de Europese Raad en van de socialist Josep Borrell als hoge vertegenwoordiger van het Europees buitenlands beleid. Formeel hebben ze over het voorzitterschap van het Europees Parlement niets te zeggen, maar ook die functie maakt deel uit van het hele pakket, waarbij er zowel partijpolitieke als geografische evenwichten gevonden moeten worden.
Voor het voorzitterschap van de Europese Raad wordt de Portugese socialist Antonio Costa genoemd. Hij geniet veel respect, maar onder meer de Poolse premier Donald Tusk vroeg opheldering over zijn juridische besognes. Costa nam vorig jaar ontslag als premier omdat zijn naam was opgedoken in een corruptieonderzoek. Hij is niet aangeklaagd, maar het onderzoek is nog niet afgerond. Desondanks geniet Costa de steun van zijn eigen regering, die nochtans van centrumrechtse signatuur is.
Voor de opvolging van Borrell doet vooral de naam van de liberale premier van Estland, Kaja Kallas, de ronde. Ze is in Europese cenakels bekend om haar virulente houding tegen Rusland. Eerder dit jaar lanceerde Moskou zelfs ook een opsporingsbericht naar haar. De Slovaakse president Peter Pellegrini leek zich daar bedenkingen bij te maken. “We moeten voorzichtig zijn met wie de Europese Unie en de Commissie zal vertegenwoordigen op het internationale toneel”, zei hij. “We hebben iemand nodig die in staat is de situatie te kalmeren.”
Aangenomen wordt dat de leiders volgende week de knopen zullen doorhakken, wanneer ze opnieuw in Brussel samenkomen voor een formele top.