Door de pensioenhervorming zou ons land een kleine 50 miljoen Europees relancegeld kunnen verliezen.
Maar liefst 800 miljard euro trok de Europese Commissie uit om de economie na de vele crisissen weer aan te zwengelen. Als alles goed gaat, krijgt ons land zo’n 5,3 miljard euro van dat geld. Om er projecten rond klimaat, mobiliteit en digitalisering mee te financieren.
De projecten zijn er al een tijdje. Meer zelfs, een kleine 90 procent van de honderden plannen is al klaar of in uitvoering. Het gaat zowel om projecten van de federale regering als van de deelstaten. Zoals het energie-eiland in de Noordzee, de Blue Deal of de digitalisering van het onderwijs.
Alleen is het geld er nog niet. Europa betaalde wel al een voorschot van 13 procent uit, maar de rest van het bedrag – dat wordt uitbetaald in schijven – was gekoppeld aan voorwaarden. Zoals een hervorming die de pensioenen betaalbaarder moet maken. De eerste poging van de regering om dat te verwezenlijken, ging volgens Europa echter onder de lat. En of het akkoord van vorige zomer op een Europese goedkeuring kan rekenen, is nog altijd niet duidelijk.
Pas na de verkiezingen
Staatssecretaris voor Relance Thomas Dermine (PS) liet maandag op een persconferentie wel verstaan dat een eventueel Europees njet ons maar maximaal 5 procent van de eerste schijf van 974 miljoen euro kan kosten. Een kleine 50 miljoen dus. De rest van het bedrag – 925 miljoen euro – wordt in juli sowieso in de Belgische schatkist gestort. Na de verkiezingen van 9 juni dus. Het maximale bedrag krijgen, kan ook nog.
Dat het zolang duurde, heeft onder meer te maken met extra controles die Europa eiste over de besteding van het geld. De Commissie vroeg garanties dat het niet twee keer bij dezelfde vennootschappen zou terechtkomen. Dat het zowel om federale, Vlaamse, Brusselse als Waalse projecten gaat, maakte alles ietwat ingewikkelder, liet Thomas Dermine maandag verstaan. De uitbetaling van de resterende schijven zou makkelijker moeten verlopen, klink het.