Ik denk dat we ons die vraag serieus dienen te stellen. Kunnen we nog langer zo doormodderen? Ik meen van niet. Ik heb u al eerder verteld dat Johan Rudolph Thorbecke (1798-1872) zich regelmatig in z’n graf omkeert bij alles wat hij vanaf zijn wolkje ziet. Hij was een groots liberaal staatsman die beschouwd wordt als de grondlegger van onze parlementaire democratie. Sommigen vragen zich af wat voor goeds de VVD eigenlijk ooit gedaan heeft, vooral na de desastreuze periode van Mark Rutte. Welnu, ze kunnen altijd terugvallen op good old Thorbecke: “dat is onze man!”
En gelijk hebben ze. Maar nu komt er toch een kink in de kabel, want ons parlementaire systeem hapert dat het een lieve lust is. Zal Dilan Yesilgöz het repareren? Zij heeft zich echt goed weten te ontwikkelen, voor een Turkse, niet dan? Ze heeft dr Thierry Baudet ooit weggezet als “onwelriekende reuzel”. Heeft zij ooit haar excuses voor aangeboden?
Een logisch vraag is: waardoor komt het dat ons parlementaire systeem zo aan gort gaat? Dat is geen populaire vraag, want allerlei lieden die graag de zaken laten zoals ze zijn vinden die vraag maar lastig. Merkwaardiger wijze zijn dat lieden die zich ‘progressief’ noemen. Progressief. Ik heb nooit begrepen wat er progressief is aan zaken te laten zoals ze zijn en degenen die zich progressief’ noemen hebben me dat ook niet kunnen uitleggen.
Maar nu terug naar de vraag: waardoor gaat onze parlementaire democratie ‘down the drain’? Joop den Uyl, PvdA, zei vaak: “twee dingen goed begrijpen.” Geweldige staatsman was dat, ik zeg het met enige tegenzin, want de Partij van de Arbeid is nu niet mijn partij. Maar toen nog wel. Het eerste wat ons gigantisch in de weg zit is de Europese Unie. Dat is een tragische zaak, want het begon ooit zo goed met de EGKS en de EEG, maar het ging mis met de komst van het Schengen Verdrag in 1985. Dit verdrag zorgde voor open grenzen in Europa zonder dat de buitengrens gesecureerd is. Veertig jaar open grenzen! Dat kan natuurlijk nooit goed gaan en dat ging ook faliekant verkeerd.
De verguisde Victor Orbán begrijpt dat maar al te goed. Een parlementaire democratie kan niet zonder grenzen. Dat is les één. Voor een parlementaire democratie vormen grenzen de basis voor de natiestaat. Zonder een solide natiestaat is er geen parlementaire democratie. Na Schengen kwamen er verdragen die aan Brussel steeds meer soevereiniteit gaven en het wegtrok van de natiestaat. De soevereiniteit wordt als het ware opgezogen door de EU ten koste van de natiestaat. We moeten dan niet raar opkijken als we dan constateren dat onze parlementaire democratie uitgehold wordt. En dan vindt voortdurend plaats en in steeds heviger mate. We merken nu ook nog dat de EU ons nationale beleid blokkeert. Dat kan niet en moet niet. Dat mogen we niet accepteren. Dat vorm ook de reden dat ik meen dat we de Europese Unie dienen te verlaten voordat het te laat is en we geen natiestaat en parlementaire democratie meer over hebben. We móeten uit de EU en liefst zo snel mogelijk. Uit de ijskast ermee!
Het moet compacter, efficiënter en democratischer. Bovendien vind ik dat politieke partijen die a priori zeggen: “wij zullen nooit met die partij een coalitie vormen” (het cordon sanitaire) zich buiten de orde plaatsen op straffe van einde partij. Voorts lijkt mij belangrijk dat we proberen de rechtsstaat weer tot leven te roepen en niet te accepteren dat er diverse groepen zijn die kenbaar maken dat ze antisemitisch zijn, ons haten, maar wel gebruik maken van onze verzorgingsstaat. Exit ermee. Je dient voor ‘volk en vaderland te zijn’ en anders donder je maar op. Ik kan het niet anders zeggen dan dat.
Autocratische landen als China, Rusland en Noord-Korea geloven niet in de parlementaire democratie. Ze kijken geamuseerd toe hoe het hier omlaag dendert. “Jullie systeem is leuk geprobeerd maar het werkt niet”, zeggen ze. En gelijk hebben ze. Als je de natiestaat kapot maakt, dan dendert de parlementaire democratie omlaag.
Ook in ons land heerste ooit scepsis ten aanzien van de parlementaire democratie. Nederland herbergde één der eerste communistische partijen, de in 1909 opgerichte Sociaal-Democratische Partij, SDP, later de CPN. Onder de leiders bevond zich de befaamde dichter (één der Tachtigers) Herman Gorter en David Wijnkoop. Zoals Lenin geloofde de SDP niet in de parlementaire democratie. Dit systeem werd gezien als deel van de hegemonie die de bourgeoisie, de elite, uitoefent over de kapitalistische samenleving. De elite, waar heb ik dat vaker gehoord? Echte socialisten zijn tegen het kapitalisme en dus ook tegen de elite en tegen onze parlementaire democratie.
De Partij van de Arbeid is alleen nog in naam een sociaal-democratische partij. De partij is voor het kapitalisme en voor de elite waar zij zelf deel van uitmaakt. Het zou onze democratie ten goede komen als die partij eens bij zich te rade gaat en de vragen gaat beantwoorden als: “Wie zijn wij eigenlijk en waar staan wij voor?” “Is het wel zo’n goed idee om bij GroenLinks in het bed te kruipen?” “Is Frans Timmermans de juiste voorganger voor ons op dit moment, mede gezien het feit dat hij de massa-immigratie mede heeft veroorzaakt en daarmee de parlementaire democratie uitgehold heeft?” Ik heb daarover – en nog veel meer – een boek geschreven, getiteld Links Verdriet. Iedereen die zich links noemt doet er goed aan dit boek te kopen, rechts trouwens ook!
Ik heb ooit in de jaren negentig Frans Timmermans ontmoet in het Vondelpark waar hij speechte. Hij had toen nog geen sik en was slank. Wat is er gebeurd dat hij zo is uitgegroeid, van voren en van achteren? Waren dat de toetjes bij de Europese Commissie? Die club kost ons bakken met geld. 33.000 ambtenaren alleen al in Brussel. En dan al die toetjes. De PvdA wordt geacht ook voor de armen te strijden en dan zien ze Timmermans…
Tot slot: er worden allerlei Tweede Kamer Hoorzittingen gehouden over diverse onderwerpen. Mijn suggestie is om een hoorzitting te houden over de vraag: “hoe brengen wij onze noodlijdende parlementaire democratie weer tot leven?“ We moeten daar klaarheid over krijgen. Want zo kan het niet langer.
.