Een pensioenfonds is geen politieke instelling. Het is ook geen activist. Het draait steeds om het behalen van een optimaal rendement voor deelnemers. Politiek hoort thuis is de politieke arena. Laat het daar. Pensioenfondsen hebben de ruimte om duurzame criteria in hun beleggingsbeleid te prioriteren, zei DNB na de in juni 2024 aangenomen Tweede Kamer motie van Thierry Aartsen, VVD.

Dat klinkt al anders dan de verplichting dat ze duurzaam moeten beleggen. DNB maakt pensioenfondsen tot politieke instellingen. In mijn tijd als ‘assetconsultant’ was maatschappelijk verantwoord beleggen een relevant thema. Geen fonds wilde beleggen in kinderarbeid, tabak of milieuvervuiling. Dat was vrijblijvend en op eigen initiatief. Het ging om een bescheiden aantal uitsluitingen. De discussie is ooit aangezwengeld door de tv uitzending Zembla: de beleggingen van de fondsen waren te milieubelastend. Bestuurders waren bang voor reputatierisico en keken dus extra kritisch naar beleggingsportefeuilles. Meer uitsluitingen in duurzaamheid in de beleggingsportefeuille zorgen voor lagere rendementen en hoger risico, immers goede beleggingsopties worden buitengesloten.

DNB ging pensioenfondsbestuurders toetsen op geschiktheid qua duurzaamheid, maatschappelijk verantwoord beleggen en klimaat-neutrale beleggingen. Pensioenfondsen moeten daarop verantwoording afleggen. In artikel 8B van het Besluit Toetsingskader staat dat een pensioenfonds risico’s moet beoordelen op klimaat, hulpbronnen, milieu, sociale risico’s. Enkel zeggen dat je dit doet is onvoldoende. Het gaat veel verder: je moet als bestuurder als het ware ervan doortrokken zijn. Dit stimuleert een cultuur waarin bestuurders achter elkaar aanlopen om maar te laten zien wie het meest maatschappelijk verantwoord belegt. Op zich is er niets mis mee in beleggingen rekening te houden met ‘duurzaam’, maar het slaat door met kreten als “als gepensioneerden straks geen schoon milieu hebben of als Nederland onder water staat, dan heb je ook niets aan je pensioen”.

Dat is angst zaaien. Naast duurzaamheidsthema’s leeft ook ‘diversiteit’ sterk bij DNB: “heeft u als pensioenfonds wel voldoende vrouwen en mensen van kleur in het bestuur? Heeft u mensen met lichamelijke gebrek en seksuele minderheden in uw organisatie?” Bestuurlijke vaardigheden spelen secundair. DNB is verworden tot een politieke en woke instelling. De bank oefent een sterke druk uit op de fondsen, niet om optimaal rendement te behalen, maar om “maatschappelijk verantwoord” te opereren. Rendement komt secundair ten behoeve van pensioenfondsdeelnemers.

Een particuliere organisatie zorgt voor de duurzaamheidlijstjes: o wee als je als pensioenfonds in de onderste helft scoort, of nog erger onderaan. In feite is beleggen in de Sustainable Development Goals, SDG, in strijd met de art 135 lid 1a van de pensioenwet: ‘de waarden worden belegd in het belang van aanspraak- en pensioengerechtigden” en art 116 lid 1 Verbod van nevenactiviteiten: ‘Een pensioenfonds verricht slechts activiteiten in verband met pensioen en werkzaamheden die daarmee verband houden.’

Bij beleggen in SDG’s gaat het om het verbeteren van de wereld; niet om het verzorgen van pensioen. Dus je kunt betogen dat beleggen in SDG’s een verboden nevenactiviteit is waarbij het belang van de deelnemer geschaad wordt. ABP wil 20% in SDG beleggen. Dat is ver over de top en niet in het belang van deelnemers. Dit geldt ook voor banken, bedrijven, verzekeringsmaatschappijen. Het selecteren op LHBGTI acht ik racistisch.

De activistische pensioenfondsen als ABP, PME en PFZW zeggen dat ze hun deelnemers ernaar gevraagd hebben en zij hebben ingestemd met duurzaamheid. In de eerste plaats is mij nooit iets gevraagd als deelnemer in het ABP pensioenfonds en ten tweede is de vraagstelling belangrijk: ‘leading the witness’. De vermogensbeheerder Bailie Gifford, hoofdsponsor van Borders Book Festival, heeft het sponsorcontract moten opzeggen vanwege een campagne van activisten in ‘Fossil Free Books’. Baillie Gifford zou niet geheel fossiel-vrij beleggen. De macht van actiegroepen en van DNB moet gebroken worden.

De Europese Unie geeft DNB backing via gedetailleerde duurzaamheidvereisten en dwangmatige bepalingen op maatschappelijk verantwoord beleggen. Het is voor de fondsen extreem bureaucratisch en kostenverhogend. Volgens de EU moeten pensioenfondsdeelnemers dit exact weten, maar in de praktijk zitten deelnemers niet te wachten op dit soort informatie. Ze willen gewoon een goed pensioen zonder schadelijke neveneffecten voor het milieu van de beleggingen.

Fondsen moeten ook voor de EU daadwerkelijk aangeven wat die neveneffecten kunnen zijn, wat veel tijd en geld kost. Rendementen staan ook hier op de tweede plaats. De EU heeft precies gedefinieerd wat ‘goed en slecht’ is qua duurzaamheid, infrastructuur, klimaat, diversiteit, LHBGT. Dit kan worden aangevuld met verplicht beleggen in bijvoorbeeld Zuid-Europa volgens politieke wensenlijstjes van de EU, waar de macht zich steeds meer concentreert. DNB lobbyt in Brussel voor de duurzaamheidwetgeving.

Dan blijven ze relevant, want monetair is de bank dat niet meer sinds de Europese Centrale Bank de monetaire lakens uitdeelt. Pensioenfondsen moeten DNB ook steeds meer betalen voor toenemend toezicht en handhaving. Allemaal voor de deelnemers, of voor de planeet. Niet voor DNB, natuurlijk niet… Zo wordt de Nederlandse pensioenpot van 1,6 triljoen euro een soort pinautomaat voor politieke hobbies.

Pensioenfondsen verworden tot politieke instellingen en pas in de tweede plaats instellingen om rendement voor pensioenfondsdeelnemers te maken. DNB en EU zijn politieke instellingen die een steeds grotere dwang in dit verband uitoefenen. Ze zijn woke en dwingen de fondsen in dat kader. Pensioenfondsdeelnemers zijn de dupe. De ECB geeft aan banken boetes omdat ze niet geheel duurzaak (‘ESG’) beleggen. De macht van ECB en van de EU moet gebroken worden.

Tot slot over het Pensioenakkoord dat ter discussie staat. Zo vindt men dat het verdelen van de pensioenpot onduidelijk is. En het invaren zou ook tot grote problemen leiden. Dat gaat voorbij aan het essentiële bezwaar tegen het nieuwe systeem, namelijk dat het als collectief systeem blijft bestaan, waarbij de pensioenuitkeringen fluctueren op dagkoersen van de beurskoersen.

Men krijgt dus geen pensioenpot in eigendom voor zelf beleggen. Het nieuwe systeem is achteruitgang: wel meer risico, maar geen eigendom. Dat is niet correct. Het is: of je gaat naar een nieuw stelsel waarbij je deelnemers eigendom geeft behorend bij het risico dat men loopt, of je behoud het solidaire stelsel. Principieel onjuist is: u krijgt geen eigendom, maar wel het risico.

Pensioenpotjes in eigendom is contrair aan het belang van pensioenbestuurders, vakbonden. Zij zijn dan hun baan kwijt aan vermogensbeheerders die de focus op rendement zetten, zoals het hoort.

Mijn stelling: Behoud het bestaande systeem en pas het aan voor de rekenrente. Het huidige pensioenstelsel is niet slecht, mondiaal geroemd. De makke is dat sinds 2007 gebruik gemaakt wordt van een variabele marktrente. Door een variabele rente te hanteren gaat men uit van liquidatie van het pensioenfonds op ieder gewenst moment. Dat is absurd. Een pensioenfonds is immers een beheerder van vermogen op ultra lange termijn.

We hebben ons met het instellen van marktrentes verkocht aan het Amerikaanse accounting systeem IFRS. Alles wat uit VS komt is prima, dachten we. Daarvoor hebben we vele decennia tot genoegen gebruik gemaakt van een vaste rekenrente van 4%, de ultra lange rente. Dat past bij een lange termijn belegger als een pensioenfonds. Naar die 4% marktrente gaan we nu weer toe, maar onze pensionado’s zijn er vele miljarden bij ingeschoten.

Absurd is ook dat ons pensioen bepaald wordt door de ECB, die de rente steeds verder omlaag heeft gedrukt ten nadele van onze pensionado’s. Na de crisis van 2008 zijn geweldige rendementen gerealiseerd, maar deelnemers hebben daar niets van gezien, amper inflatiecorrectie. Het nieuwe stelsel is afbraak, nog afgezien van de bakken geld dat het kost.

Frits Bosch is econoom en socioloog. Hij is tevens auteur van “Risico als obsessie”, “Dat is het risico”, “Wereld op een keerpunt” “Onbehagen bij de elite”, “Schaft ook Nederland zich af?” en “Feminisme op de werkvloer”. Zijn meest recente boek is Kafkaistan

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *