De stoffelijke resten werden gevonden in Sint-Martens-Latem. Er zijn aanwijzingen dat het gaat het om een dame, Annie De Poortere, die verdween in 1994. Op het ogenblik van de verdwijning was ze 48 jaar oud. De onderzoeksrechter werd gevorderd, het onderzoek wordt intensief gevoerd naar alle mogelijke pistes. Intussen werden de nabestaanden en familie van de vrouw ingelicht. Opmerkelijk: er werd niet gezocht naar de vrouw, de stoffelijke resten werden per toeval ontdekt tijdens graafwerken voor een verbouwing.
En toeval, dat is volgens Alain Remue voor sommige cold cases erg belangrijk. “Ik herinner me zaken waarbij we ons onnozel gezocht hebben en niets vonden. Tot plots toevallig iemand iets vindt”, vertelt hij.
Hij verwijst naar het verhaal van Raoul Vanderdonck, een Nederlander die zes jaar lang vermist was na een wandeling in de Hoge Venen. “We hebben toen de helft van de Hoge Venen doorzocht. Vanuit de lucht, op de grond. Op den duur begin je te twijfelen of hij daar wel is. Zijn auto stond op de parking, maar als je zo lang zoekt dan beginnen alle hypothesen een leven te leiden. Tot jaren later een herder met zijn schapen op een schedel botste en ermee naar de politie ging. DNA-onderzoek bleek dan te bevestigen: het was de man naar wie we zo lang hadden gezocht.”
Naast een schedel werden toen nog andere botten gevonden, maar niet alles. “De natuur doet zijn ding en kuist zichzelf op maar af en toe is het toeval doorslaggevend voor ons. Net zoals nu, tijdens werken.”
Jürgen Conings
Een recenter voorbeeld is dat van de Belgische militair Jürgen Conings. Hij verdween in 2021 en werd ook per toeval gevonden. “We hebben met honderden mensen alles afgezocht. We gebruiken ook al een tijd geometic, waarbij elke hond en man uitgerust is met een tracer. Zo kunnen we zien waar we allemaal gezocht hebben en waar niet. In de zaak Conings bleek dat de dichtste speurhond op 150 meter van het lichaam van Conings had gelopen. Maar de wind zat verkeerd”. De militair werd uiteindelijk per toeval gevonden in het Dilserbos.
“Toevallig of niet, een vondst is hoe dan ook belangrijk. Want dat wil zeggen dat er nieuwe stappen kunnen worden gezet in het onderzoek.”
Alain Remue
Cel Vermiste Personen
“Soms kan dat voor frustraties zorgen. Maar toevallig of niet, een vondst is hoe dan ook belangrijk. Want dat wil zeggen dat er nieuwe stappen kunnen worden gezet in het onderzoek. De wetsdokter kan het stoffelijk overschot doen spreken, hij kan vaststellen wat er gebeurd is en of er nog iets te zien is op het lijk”, zegt Remue.
Een andere reden waarom zo’n toevallige vondst belangrijk is, is voor de nabestaanden. “Bij een verdwijning krijg je heel veel ideeën. Is die persoon vermoord of eerder naar een eiland verhuisd? Een antwoord is daarom essentieel.”
LEES OOK. “Had ik Jürgen Conings maar nooit gevonden”: jager filmde lichaam en riskeert vrijdag celstraf
Oude cases, nieuwe technologie
Met behulp van DNA-onderzoek zal nu gekeken worden of het wel degelijk om Annie De Poortere gaat. Destijds werd geopperd dat de vrouw naar Spanje zou zijn verhuisd, maar die piste kan het parket niet bevestigen. “Voor dat DNA-onderzoek zullen we kijken naar het verwantschap. Een formele identificatie kan dus, ook al was ‘DNA’ op het moment van de verdwijning nog maar een toverwoord”, zegt Remue, die benadrukt dat nieuwe technologie het verschil kan maken in tientallen jaren oude cold cases. “Als iemand vroeger in het water viel, dan was het wachten tot die persoon bovenkwam. En dan wist je soms niet eens of dat wel zou gebeuren. Nu kunnen we gericht zoeken met een sonar.”
Maar dus ook toeval valt niet te onderschatten. “Het zou fijn zijn mochten we bij toeval morgen iets vinden dat ons kan leiden naar Nathalie Geijsbregts of Ken Heyrman. Onze slogan is altijd: zeg nooit nooit. En dat is nu duidelijk gebleken”.