De Telegraaf-sportjournalist Valentijn Driessen heeft tijdens De Oranjezomer voor een flink staaltje controverse gezorgd. Terwijl Femke Bol in beeld kwam, gaf hij aan dat hij haar prestaties “fantastisch” vindt. Maar helaas voor de rest van de Olympische sporten blijft het daar niet bij. Driessen, nooit te beroerd om een prikkelende mening te ventileren, haalde uit naar de zogenaamde “B-sporten” die volgens hem domineren op de Spelen.
Jack van Gelder probeerde nog een tegenwicht te bieden door te stellen dat voetbal juist een “B-sport” is bij de Spelen, aangezien de beste teams en spelers niet meedoen vanwege de leeftijdsgrens. Maar Driessen bleef onverstoorbaar. “Ja, op dat moment is dat ook B-sport,” reageerde hij, in zijn typische, stoïcijnse stijl.
Zelfs het Nederlands elftal kreeg een veeg uit de pan. “Het Nederlands elftal haalt de halve finale. Daar ben ik ook niet van onder de indruk want dat kan óók veel beter.” Het enige dat Driessen echt kon waarderen? De prestaties van Femke Bol en de gouden medaille van de 3×3-basketballers.
Maar het meest hilarische moment was misschien wel toen hij zei: “Er zit ook heel veel emotie bij de B-sporten,” waarmee hij tegelijkertijd de sporten een compliment gaf en een schop na de ribben. “Alleen, ik word daar niet echt heel opgewonden van.”
We mogen het vast weer niet zeggen, maar eerlijk is eerlijk: voor veel mensen heeft Driessen ongetwijfeld een punt. Want hoewel we topprestaties op elk gebied kunnen waarderen moeten we ons wel afvragen: welke gek kijkt er nou echt met passie naar boogschieten? Of schieten met een luchtpistool? Of naar al die andere sporten die door een extreem klein deel van de mensen beoefend wordt?
Juist. Helemaal niemand.
Ja, er zijn topsporten die wél aanhang hebben, die ook meedoen aan de Spelen. Atletiek, volleybal, basketbal, zwemmen, wielrennen. Maar voor de rest is het in essentie natuurlijk helemaal niet interessant normaal gesproken. Toch?
.
