Over “dat ene” mag nooit worden gesproken. Het was een wereldomvattende catastrofe, die ooit heeft plaatsgevonden en onze wereld in luttele seconden heeft doen verdwijnen. Op alle mogelijke manieren is die ramp uit ons collectieve geheugen weggemasseerd. De grote gebeurtenis is in mootjes gehakt en vervangen door lokale rampjes die nooit hebben plaatsgevonden. De oude beschaving is verdwenen. De nieuwe oppervlaktebewoners zijn de afstammelingen van van de oorspronkelijke bewoners, maar door technische ingrepen tot eigendom van de bedenkers van de “Nieuwe Wereldorde” gemaakt. Deze orde heeft iets gekaapt, gestolen en het vervolgens gepatenteerd en rendabel gemaakt. Een ondergronds opgekweekt menselijk ras, verzwakt, ziekelijk, mentaal gedegenereerd en voor dagelijks gebruik gemanipuleerd. Deze nieuwelingen zijn mentaal gevangen gezet nadat ze fysiek zijn losgelaten en doen dienst als opvolgers van de originele aardbewoners van de vorige beschaving, die zo plotseling is weggevaagd. Maar niet helemaal en ook niet allemaal. De restanten van de Voortijd zijn er nog en er zijn overlevenden geweest, die onder ons zijn; nog steeds.
Van de geheime, ongeschreven notulen van de subcommissie “Rampenscenario’s”:
“De opruimactie die nog dient te worden voltrokken noemen wij “Het Grote Rampenplan”. Watersnoden, hongersnoden, oorlogen, epidemieën, branden, stormen, bevingen en slopen voor de vooruitgang, alles door ons geïnitieerd en met onze wapens tot stand gebracht. In een korte periode zullen wij zoveel mogelijk moeten vernietigen. Alle gebeurtenissen plaatsen we in een ander tijdsgewricht, uitgesmeerd over vele eeuwen. Het zal even zoveel eeuwen duren alvorens de gemankeerden dat beseffen.”
De Lage Landen zijn voor een groot deel aan het water onttrokken, zo is onze algemene perceptie, zij het dan met de paplepel ingegoten. Voortschrijdend inzicht heeft duidelijk gemaakt, dat de bewoners van deze landstreken niet altijd van hetzelfde ras en afkomst kunnen zijn geweest. De stedenbouw, de aanleg van spoorwegen, kanalen en wegen, de complete infrastructuur zijn gerealiseerd door de oorspronkelijke bewoners, die voor een groot deel van de aardbodem zijn weggevaagd na een verwoestende tsunami, meer bekend als de “teruggeschreven” Zondvloed. De nieuwe Nederlanders zijn een mix van oorspronkelijke overlevenden en gekloonde Ariërs. Dit is de rode draad van ons verhaal. De verwarring begint bij het verdoezelen van de werkelijkheid door met fantasieverhalen een nieuwe geschiedenis te schrijven. Wij hebben geen collectief geheugen. Wij zijn geprogrammeerd en voor het overgrote deel “opvullingen” binnen een simulatie. Of, zoals de fictieve volksdichter Joost van de Vondel het aan het 17e eeuwse perkament toevertrouwde:
“Elck speelt sijn rol en krijgt sijn deel.”
De Noordzee Tsunami
Volgens de geschiedenisboekjes is en wordt Nederland vanaf de vroege Middeleeuwen tot en met vandaag geplaagd door het water, voornamelijk het water. De ene na de andere vloedgolf, stormvloed, dijkdoorbraak, ijsgang, dambreuk teisteren het gebied wat grotendeels onder de zeespiegel ligt.
Je vraagt je af, waarom hier nog mensen wilden wonen.
Je vraagt je af: woonden hier nog wel mensen.
Het was niet alleen het water van de Noordzee en de grote rivieren die hier eeuwenlang verwoestend huis hebben gehouden. De mensen die hier willens en wetens wilden wonen en werken, werden ook eeuwenlang geteisterd door epidemische ziekten als de pest, cholera, roodvonk, difterie, tyfus, dysenterie, malaria, pokken, kinkhoest, tuberculose, tetanus, mazelen, meningitis, kinderverlamming en griepgolven.
Omdat meer dan 90% van de bevolking eeuwenlang afhankelijk was van de landbouw en veeteelt, waren ziekten onder het vee én gewasziekten al even desastreus voor hun overleving. Mond- en klauwzeer, runderpest, veepest, miltvuur, aardappelziekten en graanschimmels. Het zorgde voor regelmatig terugkerende hongersnoden.
Mensen begonnen naar de steden te trekken, waar de hygiënische omstandigheden bar en boos waren. Er lagen in de loop van de 19e eeuw honderden kilometers spoorrails, evenzovele kilometers kanalen, maar geen riolering. Kolossale gebouwen werden opgetrokken zonder sanitaire voorzieningen.
Moest die inmiddels tot miljoenen mensen aangegroeide bevolking hun behoefte lozen in de goten en grachten, in de kanalen en rivieren? Hoe lang moeten mensen door al deze plagen worden achtervolgt voordat ze eens in de gaten kregen, dat het niet de gesel Gods was, die hun aantallen decimeerde? Het moet een primitief gezelschap zijn geweest, die dit zo lang heeft moeten ondergaan.
Ik geloof er daarom dan ook niets van.
Volgens het Rampenplan van de Nieuwe Wereldorde zouden al deze watersnoden, epidemieën, hongersnoden, stadsbranden en oorlogen gedurende honderden jaren hebben plaatsgevonden. Ik ben zo vrij dit gefabriceerde millennium op de vuilnisbelt van de geschiedenis te deponeren.
De tijdlijn van onze beschaving is hoogstens 300 jaar. Laten we zeggen, dat er in de 18e eeuw een grote catastrofe heeft plaatsgevonden, ook in ons landje. Een zeebeving heeft gezorgd voor een Noordzee tsunami en heeft grote stukken land verzwolgen. Bijna niemand heeft dit geweld kunnen overleven. Toen het water zich heeft teruggetrokken, stonden er alleen nog de gebouwen van de vorige beschaving. Het had geen zin voor de overlevenden een goed heenkomen elders in Europa te zoeken, want de ramp had de hele wereld getroffen. Na de tsunami moest de aarde recupereren en het is in deze periode dat de “verkenners” van de Nieuwe Wereldorde de boel in ogenschouw zijn komen nemen. De periode van het ruïnisme. Gedurende deze periode zijn de plannen beraamd om de overlevenden onder de duim te krijgen, mede met behulp van expeditielegers, die het gebied kwamen pacificeren. In hun kielzog kwamen de schrijvers de nieuwe geschiedenis schrijven, oude geschriften werden vernietigd en allerlei gebouwen werden heringericht.
De schrijvers, cartografen, schilders en fotografen kregen een ingewikkelde taak. Er was één Zondvloed, er was één Vuurzee, er was één Pestilentie, er was één Oorlog en er was één wereldorde. Dit moest worden versnipperd in vele volkeren, vele religies, vele talen en talloze aangepaste en op elkaar aansluitende verzinsels. De start was gewelddadig. Het is begonnen met de zogenaamde “Franse Revolutie” en de daaraan synchroon lopende “Amerikaanse Onafhankelijkheidsoorlog”. Dit lijkt een logisch startpunt, gezien de rol die “het blanke Westen” kreeg toebedeeld. De nieuwe heersers hebben met biologische wapens de overlevenden getracht te liquideren, met energiewapens hele steden af proberen te branden en met continu organiseren van oorlogen de wereld te pacificeren. In de Lage Landen waren bijna geen mensen meer en de helft van het gebied moet onder water hebben gestaan. Vermoedelijk is de nieuwe geschiedschrijving meegekomen met het ondergrondse kweekras van de nieuwe orde. Zij wisten niet beter en de overlevenden die nog wisten hoe het wél zat, zijn systematisch vervolgd en uitgeroeid, dan wel gemengd met het kweekras, het nieuwe soort wat hier de leegte is komen vullen. Dat was de taak: de leegte opvullen met weeskinderen en een tomeloze voortplantingsdrang. De nieuwe machthebbers hadden alleen maar nieuwe boekwerken nodig, nieuwe schilderijen te maken en een nieuwe Bijbel te schrijven. En ALTIJD was er strijd, watersnood, pestilentie en oorlog, het stond allemaal beschreven in de nieuwe leerboeken.
Dus in werkelijkheid was er nooit Republiek geweest, anders dan de Bataafsche Republiek, een verkapte “Franse bezetting”, gevolgd door de “Franse inlijving” en tenslotte de “monarchie”. Laten we aannemen dat deze periode heeft geduurd van 1776 tot het aantreden van een uit de Duitse voorraad wezenlozen gerekruteerde “vorstin” in 1898. Die periode van 122 jaar is de periode van pacificatie van de Lage Landen, het toewijzen en bloedig veroveren van koloniën aan de nieuwe bewoners, de “Industriële Revolutie” op poten zetten om alles wat er al was te benoemen. Deze hele periode is gefabriceerd en aangepast op de oude fantasieverhalen van de gewonnen doodsstrijd tegen het water en fenomenale ontdekkingsreizen van slimme kooplui. Allemaal onzin en alleen maar bedoeld als dekking voor wat de heersers in bezit namen en het aan de gecorrumpeerde wezenlozen uitdeelden.
U zult zeggen: bewijs dat maar eens.
Ik moet dus iets bewijzen, terwijl het officiële sprookje totaal geen bewijs behoeft? Zouden we niet eerst eens beginnen met het verifiëren van de verhalen van schoolmeesters en wetenschappers aan de hand van onomstotelijk bewijs? In plaats van op je luie reet te blijven vragen naar “bewijs”?
Het beste kun je dan met de gebouwen beginnen die zijn opgetrokken op een manier, die we nu niet meer voor elkaar krijgen. Slopen en bestickeren, vervalsen en wegmoffelen, dat is het enige wat wij onder regie van allerlei bolhoedjes, hoge hoeden en mijters voor elkaar hebben gekregen. Wij hebben niets opgericht of gesticht. We hebben gevonden, gestolen en heringericht, als het niet hoefde te worden gesloopt. Wij komen voor het grootste gedeelte van buiten deze regio en de oorspronkelijke mensen hebben we uitgeroeid. Er zal zich nog een enkele originele bloedlijn onder ons bevinden, maar die durven zich niet te roeren. De meeste originelen zijn vermengd met de wezenloze opvullers.
Dit klinkt natuurlijk te erg om over na te denken. We kunnen ons troosten met de gedachte, dat we er niets aan konden doen, zolang we het niet wisten. Nu weten we het wel. En gelukkig zijn velen van ons “opgewaardeerd” naar complete mensen met een missie.
Als aanloopje naar een volgend artikel alvast de praktijk van alledag en hoe zwaar we het allemaal wel niet hebben in onze slachtofferrol. Ik schrijf het maar op, omdat het bewaren van iets de factor tijd bestaansrecht geeft.
Brood op de plank.
Ja, ik weet het, als je gaat dwarsliggen, ook al doe je dat in een groep, dan ben je doelwit. En ik weet dat je wilt overleven, dus er moet brood op de plank. Het is dan een gelukkige omstandigheid, dat we vanaf onze geboorte zijn behandeld als staatseigendom, een nummer op een stuk papier, gek genoeg. Dat wisten we ook niet, nu weten we het wel. Als compleet mens zou je kunnen zeggen, dat je hun werk doet – 85% van je inkomen draag je af – en je moet hun administratie ook nog eens doen – de Trust beheren. Daar zou je mee kunnen stoppen, maar ze hebben zich het geweldsmonopolie toegeëigend. Ze hebben in al hun kwaadaardige ijver een denkfout gemaakt door wat ze niet kunnen beheersen – de complete mens -, kapot te maken met injecties, voedselvergiftiging, luchtvervuiling en straling.
Dus ik werk voor slechts 15% van wat ik produceer voor brood op de plank, teneinde mijn lichaam en geest zo lang mogelijk functioneel te houden. Ik voer tevens de administratie van mijn papieren entiteit om die 15% zeker te stellen. Daarmee is mijn “infectie” geborgd en kan er energetisch voor worden gezorgd, dat het systeem verschrompelt, omdat ik geen negatieve levenskracht meer prijsgeef om het apparaat te onderhouden. Jazeker, die 85% is ook energie en mijn inspanningen hun werk te doen idem. Maar de essentie is het gebruik van de 15% en de wetenschap dat het apparaat alleen maar functioneert door de lossing van energie als gevolg van angst, boosheid, frustratie, jaloezie en je de hele dag beroerd voelen vanwege alles. Daar kicken de volstrekt niets toevoegende wezenlozen op, daar draait het parasitaire systeem op.
O, ja. Het “duurt allemaal zo lang” is een dooddoener, want sinds wanneer speelt de factor tijd bij de complete mens? We hebben geleerd dat we niets moeten “willen”, maar slechts “toelaten” wat goed voor ons is. En dat is marginaal. Het meeste komt uit jezelf, concludeer ik dan maar.
Source: https://herstelderepubliek.wordpress.com/2024/10/29/mijn-geschiedenisboek-het-grote-rampenplan/
.