De zaak tegen VRT-presentator Sven Pichal voor het bezit en de verspreiding van beelden van kindermisbruik is dinsdag uitgesteld tot in september. Pichal werkt intussen, zo zegt zijn advocaat, vooral aan zichzelf.
De correctionele rechtbank van Antwerpen heeft dinsdag nog geen datum kunnen prikken voor de behandeling van het dossier tegen ex-radiopresentator Sven Pichal.
Zijn advocaat Walter Damen vroeg meer tijd om de zaak in staat te stellen. Het dossier werd daarom uitgesteld naar de inleidingszitting van 5 september.
De ex-presentator was zelf niet aanwezig in het gerechtsgebouw en hij zal er ook niet bij zijn op 5 september. Zijn proces zal hij wel bijwonen.
Pichal, zegt Damen, doet heel hard zijn best en houdt zich strikt aan alle voorwaarden. “Hij is vooral bezig om aan zichzelf te werken. Dat gebeurt op een rustige en adequate manier en in een ambulante setting.”
Pichal wordt zoals bekend verdacht van het bezit en de verspreiding van beelden van kindermisbruik.
LEES OOK. Sven Pichal komt dinsdag voor de strafrechter: “Beelden zijn extremer dan in de meeste dossiers”
Hij werd vorig jaar aangehouden en nam meteen ontslag bij de VRT, waarvoor hij onder meer De inspecteur presenteerde op Radio 2.
De feiten waren aan het licht gekomen door een aangifte van Benoit D. Een vriend van hem had beelden van kindermisbruik op zijn gsm aangetroffen en had hem aangemaand om naar de politie te stappen. Hij zei dat hij het beeldmateriaal van Reuben D.B. had gekregen. Die laatste verklaarde op zijn beurt dat hij samen met Benoit D. naar de beelden had gekeken.
Uit de verdere verklaringen van Benoit D. en Reuben D.B. en uit de uitlezing van hun gsm’s bleek dat ook Sven Pichal bij de feiten betrokken was. Pichal zat drie maanden in de cel. Eind november mocht hij de gevangenis verlaten met een enkelband. Begin januari werd hij vrijgelaten onder voorwaarden. Hij moest onder meer een behandeltraject opstarten en mocht geen alcohol of drugs meer gebruiken. Dat laatste zou mee een rol hebben gespeeld in de feiten.
In september zal de rechtbank tijdens een inleidende zitting bepalen wanneer de zaak wordt behandeld.
