Hubert Cremer, een 68-jarige druïde uit Duitsland, weet alles over de kracht en de werking van kruiden. Hij ervaart in zijn werk dagelijks uit eerste hand wat kruiden met dieren en mensen doen: “Mijn grootmoeder, moeder en vader, ze zijn er allemaal oud mee geworden”, vertelt hij. De kruidenman reist stad en land af om honderden veehouders te helpen bij behandeling van hun zieke dieren.
Cremer staat elke ochtend tussen 4 en 5 uur op. “Ik verzorg eerst mijn dieren. Ik heb 300 tot 400 kippen. Dat is mijn hobby. Ik doe het voor de eieren en een beetje fokken van verschillende rassen.” Zijn werkdag start om 6 uur. Vanuit zijn woonplaats net over de grens in Duitsland, draait hij de snelweg op en reist hij naar veehouders in zijn thuisland, maar ook in Nederland en België. “Mensen bellen mij als er problemen met hun dieren zijn. Ik breng voer voor de dieren mee en kijk naar hun conditie. Dan neem ik monsters van de mest, de melk en het bloed en die breng ik naar het lab.” Gemiddeld neemt Cremer per bedrijf ongeveer zestien monsters per jaar af. In totaal zijn dat zo’n 1000 monsters per jaar. De kosten daarvan lopen volgens Cremer op tot tussen de 50.000 en 60.000 euro per jaar.
Wat hij concludeert uit zijn monsteronderzoeken is verontrustend: “Bij krachtvoer en mais zie ik ongewenste schimmels en bacteriën. Door deze schimmels en bacteriën krijgen koeien gemakkelijk mastitis, oftewel uierontsteking. Daardoor geven de koeien minder melk en zijn langer ziek. Tegelijkertijd is de vetzuursamenstelling van de melk die ze geven niet goed. De melk bevat in dat geval stoffen die mensen ziek kunnen maken. Je kunt er bijvoorbeeld diarree van krijgen. Daardoor wordt je weerstand minder. Als de dieren ziek zijn, kan dat op de mensen overgaan, maar omgekeerd ook. Zieke mensen maken de beesten ziek.”
Cremer is druïde, maar hij presenteert zichzelf als diervoerspecialist. Op zijn manier werken met kruiden is namelijk officieel verboden. De kruidenman vertelt hoe hij begin 2000 op een beurs in Oost-Duitland een kostbare les leerde: “Daar stond ik met kruiden en kreeg ik achteraf een boete van 50.000 euro. Sindsdien voer ik geen kruiden meer, maar Gewürze, ofwel specerijen die smaak geven aan het voer. Ik heb de regelgeving omzeild door de kruiden koud te persen, zodat de essentie erin blijft. Dan zien ze het als brok en dan is het voer. Dat mag wel.”
Naast kruiden, werkt Cremer ook met frequenties. “Zo’n 20 tot 25 jaar geleden ben ik begonnen met onderzoek naar het gebruik van frequenties bij diervoer. We hebben daarbij voedingsmiddelen met eiwitten voor de dieren neergelegd, die met frequenties waren behandeld. We hadden lupinen, sojabonen en linzen voor de dieren neergelegd, en hebben de dieren laten kiezen. Wat eten ze het liefst? Zo kiezen de dieren zelf wat ze wel of niet willen opeten.”
Hij legt uit hoe hij frequenties gebruikt om voer te behandelen. “In de bast van de bonen zitten gifstoffen. Ik kan het omhulsel eraf halen, maar ik kan ook de frequentie van het omhulsel veranderen. Hiervoor gebruik ik een klein apparaat, een soort buis, waar granen doorheen gaan. Daar zet ik een soort radiogolf op. Als ze door de tunnel gaan, krijgen ze de gewenste frequentie mee. Je kunt alles behandelen. Ook zaaizaad. Het probleem is wel dat het effect van de frequentiebehandeling kort aanhoudt: slechts twee dagen. Gelukkig heb ik uitgevonden hoe je die werking kunt bestendigen, maar dat kan ik niet uitleggen, want dat is natuurlijk het geheim van de chef”, zegt Cremer, gevolgd door een lach.
Cremer werkt als sinds 1978 met dieren. Voer maken doet hij al 45 jaar. Ik lever voer, maar vooral kruiden, mineralen en vitaminen.” De druïde constateert dat er veel misgaat in de veehouderij. De kennis van dertig tot vijftig jaar geleden is weg. “Bedrijven maken alleen nog wat de industrie ze vertelt. Ze gebruiken bovendien te veel kunstmest en landbouwgif en verstoren de grond en de natuur met machines. Het doel daarvan is de productiviteit op te schroeven, maar ik zie een tegenovergesteld effect. Deze bedrijven hebben doorgaans uiteindelijk minder geld te besteden dan bedrijven die op een ‘ouderwetse’ manier werken met minder technologie. De toepassing van die technologie kost ons ook onze gezondheid. De bodem, dieren en mensen zijn ziek geworden. Mensen moeten begrijpen dat er grenzen zijn aan maakbaarheid en techniek. We staan niet boven de natuur, maar zijn deel van de natuur.”
Hij vertelt dat hij al op jonge leeftijd begon met kruiden bij zijn konijnen. “Ik was 10 jaar. De kennis kreeg ik van mijn moeder. Zij leerde me hoe met kruiden te werken.” Hij heeft zelf ook kinderen en denkt er over na hoe hij zijn kennis kan behouden voor de toekomst. “De mensen met wie ik heb samengewerkt op het gebied van frequenties, zijn allemaal al gestorven. Ik wil die zaken opschrijven, in samenwerking met mensen van wie ik weet dat ze deze kennis voor de toekomst zullen behouden. Je kunt in principe alles uit boeken halen, maar de symbiose, de samenwerking van kruiden met andere werkzame stoffen begrijpen veel mensen niet.”
Zelf geloof ik niet in melk als iets gezonds. Deze man is van waarde en staat haaks op BBB onze plaspop van glyfosaat!
Sterkte voor deze duïde en wat een leuke koeien met nog hoorntjes!