D66-leider Rob Jetten heeft zijn blijdschap geuit over het vertrek van de Syrische president Assad, nadat terroristen hem hebben verdreven. Hij stelt dat Syriërs al 14 jaar lang de straat op gingen tegen de dictator en dat het brute regime nu eindelijk is gevallen na 54 jaar. Jetten hoopt dat er nu rust, vrede en democratie zullen komen voor alle groepen in Syrië en roept de internationale gemeenschap op om verantwoordelijkheid te nemen en het land vooruit te helpen. Echter, zijn uitspraken hebben geleid tot een stortvloed aan kritiek. Er wordt benadrukt dat de terroristische groeperingen die nu de macht hebben in Syrië, zoals HTS, zorgen voor nog meer chaos en de opkomst van radicale groeperingen. Het gebrek aan leervermogen van westerse politici na eerdere interventies in landen als Irak en Libië wordt bekritiseerd. Journalist Eric van de Beek wijst erop dat na de omverwerping van Saddam en Gaddafi ook een vluchtelingencrisis ontstond. Het is duidelijk dat er verdeelde meningen zijn over de situatie in Syrië en de gevolgen van het verdrijven van Assad.
.
